dinsdag 25 juni 2013

Er gebeurde o.a. van alles

Ik ben bezig een boek te schrijven dat over alles gaat. Het leek een goed plan. In een boek dat over alles gaat, kun je alles doen. Je hoeft je niet in te houden. Ik kan verschillende persoonsvormen door elkaar gebruiken. Maakt niets uit. In dit boek kan mandarijn. Alles blijkt alleen een beetje veel te zijn. Het alles heeft een verlammende werking op me. Als je een kort stukje schrijft, weten wij dat ik ieder moment kan stoppen, dat bij een kort stukje ieder einde goed is. Maar het alles heeft geen einde en ik

zondag 23 juni 2013

Pindasaus

Het literaire tijdschrift waarin ik ben gedebuteerd is dood. Ik ben bijna even oud als het tijdschrift. Ik ben vooralsnog in leven. Het tijdschrift had veel last van versterving. Er kwamen geen nieuwe abonnees bij, de oude abonnees waren erg oud.
Er wordt een bijeenkomst georganiseerd. Abonnees en medewerkers van het tijdschrift komen samen. Er wordt voorgelezen. Er wordt gedronken. Bij het eerste gedeelte van het voorlezen sta ik niet in de buurt van de bar, een fout die ik na de pauze goed maak. Zelf heb ik geen geld, ik leen geld van mijn vriendin om rosé te kunnen kopen.
Een man leest zo dodelijk saai voor dat ik een complot vermoed: het stervende tijdschrift heeft de man ingezet om ons mee de dood in te sleuren.
Een andere man leest light verse gedichten voor. Gelukkig is hij slecht te verstaan.
Na hem volgt een andere dichter, die heel beroemd is. Iemand van de organisatie fluistert in mijn oor dat de dichter laatst een hersenbloeding heeft gehad. Daarna kon hij nog maar de halve Decamerone uit zijn hoofd declameren - helaas onverstaanbaar. Degene van de organisatie vraagt of ik ook zin heb iets voor te lezen. Ik zeg dat ik dat niet wil, dat ik geen verhalen bij me heb.
Deze bijeenkomst is een viering van het verleden. Ik ben een schrijver van het nu, en misschien van de toekomst. Ik lees normaal gesproken voor vanaf mijn mobiele telefoon. Voor mij hoeven er geen bomen worden gekapt. Ik red me met een batterij vol lithium, dat ook goed tegen depressies schijnt te werken.
De mensen zingen met zijn allen nog een liedje over pindasaus, klappen in hun handen en dan is het blad dood.

zaterdag 22 juni 2013

Murakami

Over een tijd verschijnt het nieuwe boek van Haruki Murakami: De kleurloze Tazaki en de jaren van zijn bedevaart. De uitgeverij van Murakami organiseerde een evenement. Een paar schrijvers moest twee vragen over Murakami beantwoorden en voor komen lezen op het evenement. Ik was een van de schrijvers. We moesten onder meer bedenken waar het nieuwe boek van Haruki Murakami over zou gaan, terwijl we niet wisten waar het boek over zou gaan. Het evenement heeft al plaatsgevonden.

1. Waaruit bestaat jouw fascinatie voor Murakami?
Ik heb veel boeken van Murakami in huis. Ik heb de boeken Ten zuiden van de grens, Hard-boiled Wonderland, De jacht op het verloren schaap, Norwegian Wood, Na de aardbeving, De olifant verdwijnt en Kafka op het strand in huis. Van die boeken heb ik alleen De jacht op het verloren schaap gelezen. Ik ben een koper van boeken, ik ben geen lezer. Ik vind lezen zonde van mijn tijd. Waarom een boek lezen als je ook televisie kunt kijken? Ik koop vooral boeken om indruk te maken op de visite.
Ik heb al die boeken van Murakami gekocht omdat ik hoorde dat hij van Richard Brautigan houdt. Richard Brautigan is mijn favoriete schrijver.
Het ene boek dat ik van Murakami gelezen heb, las ik op het strand van La Gomera. La Gomera is een van de Canarische Eilanden. La Gomera is ontstaan na een vulkaanuitbarsting, lang geleden. Het strand bestaat uit zwart zand. Vanuit de lucht gezien ziet La Gomera er uit als een sinaasappelschil die in zijn geheel is losgepeld van de sinaasappel. Het is een vakantiebestemming die ik iedereen kan aanraden. Of je nu een boek van Haruki Murakami bij je hebt of niet.

2. Waar denk je dat de nieuwe Murakami over gaat?
Ineens staat Tazaki op van tafel en begint te lopen. Hij heeft zijn bord nog niet leeg. Zijn ouders verdelen het overgebleven eten eerlijk. Tazaki loopt de deur uit, de wereld in. Erg ver komt hij niet. Vlak voor de deur wordt hij aangereden.
Door een brommer, bestuurd door zijn beste vriend.
In het ziekenhuis hoort Tazaki dat de doctoren zijn lichaam niet hebben kunnen redden. Alleen zijn hoofd is over. Tazaki bestaat nu uit een hoofd dat, op zich, weer uit één oog en één oor en één mond bestaat.
Samen met zijn beste vriend gaat Tazaki op reis. De beste vriend bestuurt de brommer, het hoofd Tazaki zit achterop tussen de snelbinders. Ondertussen geeft Tazaki zijn oog en oor goed de kost. Zou het toeval zijn dat de twee richting de randen van het land rijden, daar waar binnenkort de mysterieuze en legendarische Tempel van Badroen te zien is? De Tempel verschijnt eens in de duizend jaar. Tijdens hun tocht ontmoeten Tazaki en zijn beste vriend vreemde kostgangers die kortere of langere tijd met hen meereizen. En wie weet vindt Tazaki wel de ware liefde in de vorm van de praatgrage rijstverkoopster Nagumi.

woensdag 12 juni 2013

Kapper

Nog een paar dagen en dan ben ik werkloos. Ik heb ontslag genomen. Mijn baas vond het niet erg. Ik weet niet wat ik nu ga doen. Ik heb geen nieuw werk, ik heb er nog niet naar gezocht. Ik wil niet meer voor een baas werken. Ik moet nog een week werken en dan ben ik klaar. Ik wil verhalen schrijven, wijn drinken en naar vogels luisteren. In de buurt waar ik nu woon zijn meeuwen, luid lachend vliegen ze door de lucht. Ze kakken op de spullen van de buurtbewoners. Ik heb een nieuw huis, in een andere buurt. Over een week verhuis ik. In mijn nieuwe buurt zijn geen meeuwen. Boven mijn nieuwe buurt vliegen lieve kleine vogels die mooie liedjes zingen. Tussen het klussen (in mijn nieuwe huis) door rook ik sigaretten -tussen de opgeslagen tuindeuren in- en luister ik naar de lieve vogels. Iedere dag, wanneer ik naar mijn werk loop, loop ik langs mijn kapper. Mijn kapper zit dan in een kappersstoel en kijkt naar buiten. Ik heb nog nooit klanten in zijn kapperszaak gezien. Zelf kom ik ieder half jaar bij de kapper. Ik zwaai iedere dag naar de kapper als ik voorbij loop, de kapper zwaait dan terug en kijkt naar mijn haar. Als ik uit mijn werk kom, zit de kapper nog op dezelfde plek en zwaaien we weer naar elkaar. Iedere keer als ik bij de kapper in zijn stoel zit, vertelt hij dat hij al sinds zijn twaalfde als kapper werkt en dat hij Nederlands heeft geleerd door de betekenis van ieder woord dat hij niet snapte te vragen. Daarna praat de kapper over het weer en vraagt hij me wat ik van het weer vind. Ik probeer zo kortaf mogelijk antwoord te geven, zodat de kapper doorknipt. Ik heb een keer tegen de kapper gezegd dat ik meer van regen dan van zon houd, maar dat viel niet in goede aarde bij hem. Ik ga naar deze kapper omdat hij dichtbij mijn huis zit en vijftien euro voor een knipbeurt vraagt. Als ik verhuisd ben, en geen werk meer heb, zal ik niet meer dagelijks langs de kapper lopen en niet meer naar hem zwaaien. Mijn haar is eigenlijk weer te lang geworden, het blijft niet meer goed overeind staan en langzaam begint er een natuurlijke scheiding in mijn haar te ontstaan.

zaterdag 8 juni 2013

Mantra voor de moderne Mensch

In den beginne schiep Ik den hemel en de aarde.
De aarde nu was woest en ledig, en duisternis was op den afgrond, en Mijn Geest zweefde over de wateren.
En Ik zeide: daar zij licht! En daar werd licht.
En Ik zag het licht, dat het goed was; en Ik maakte scheiding tusschen het licht en tusschen de duisternis.
En Ik noemde het licht dag, en de duisternis noemde Ik nacht. Toen was het avond geweest, en was het morgen geweest, de eerste dag.
En Ik zeide: Daar zij een uitspansel in het midden der wateren; en dat make scheiding tusschen wateren en wateren!
En Ik maakte dat uitspansel, en maakte scheiding tusschen de wateren, die onder het uitspansel zijn, en tusschen de wateren, die boven het uitspansel zijn. En het was alzoo.
En Ik noemde het uitspansel hemel. Toen was het avond geweest, en het was het morgen geweest, de tweede dag.
En Ik zeide: Dat de wateren van onder den hemel in eene plaats vergaderd worden, en dat het drooge gezien worden. En het was alzoo.
En Ik noemde het drooge aarde, en de vergadering der wateren noemde Ik zeeën; en Ik zag dat het goed was.
En ik zeide: Dat de aarde uitschiete grasscheutjes, kruid zaadzaaijende, vruchtbaar geboomte, dragende vrucht naar zijnen aard, welks zaad daarin zij op de aarde! En het was alzoo.
En de aarde bragt voort grasscheutjes, kruid zaadzaaijende naar zijnen aard, en vruchtdragend geboomte, welks zaad daarin was, naar zijnen aard. En Ik zag, dat het goed was.
Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de derde dag. Koffie.

donderdag 6 juni 2013

Clownin

Ik werd net bijna aan gereden door een clownin. Ik stond bij het stoplicht te wachten. Bij het andere stoplicht, aan de andere kant van de straat, wachtte een clownin. Ze zat op een fiets. Hé, een clownin, dacht ik. Het stoplicht sprong op groen. Ik begon te lopen. De clownin kwam recht op me afgefietst. Ik kon haar net ontwijken. Haar ogen zaten verborgen achter een grote zonnebril. De clownin kon me niet gehoord hebben. Ondertussen belegerden verstandelijk gehandicapten de poorten van de stad. Ze hebben het voorzien op onze voorzieningen. Er zijn geen werkzaamheden op de weg.

woensdag 5 juni 2013

Bibliofiele uitgave 'Konijnen' bij de Hof van Jan

Vandaag verscheen 'Konijnen' bij de Hof van Jan, een gezamenlijke werkje van Joubert Pignon, Paul van der Steen en Lodewijk Wiener. Vergeleken met de jakhals en de gier is het konijn niet ondergewaardeerd in de literatuur, maar naast de kat, de hond, de beer en de kikker steekt het maar bleekjes af. Het is daarom een daad van eenvoudige rechtvaardigheid dat nu een fijnzinnig prachtwerkje over deze au fond sympathieke diersoort het licht heeft gezien.
Joubert Pignon, auteur van 'Er gebeurde o.a. niets', verhaalt o.a. iets over het sterfbed van zijn konijn (‘Ik heb nog nooit iemand zo erg gemist’). Lodewijk Wiener, erkend dierkundig auteur, schreef een nieuwe versie van zijn ervaringen
met het konijn Muffin (‘Zij hield van avontuur en gevaarlijk leven’). Paul van der Steen voorzag het boekje van talrijke fraaie, inventieve, vertederende en onthutsende tekeningen.
Het boekje is gezet uit de halfvette Gill en het telt 28 pagina’s. Het is gesigneerd door auteurs en tekenaar en het is beschikbaar in twee varianten: een gewone- en een luxe uitgave.

U leest er meer over op http://hofvanjan.nl/nieuws/. De boekjes zijn te bestellen via de webwinkel op
http://hofvanjan.nl/webwinkel/.