maandag 28 mei 2012

Hiërarchie

Vandaag mailde ik aan een schrijver-die-ik-bewonder dat ik al langer bezig ben met het redigeren van mijn debuutboek dan dat ik besteed heb aan het schrijven ervan. Ik stelde voor, aan hem, om onszelf, in plaats van 'schrijver' voortaan 'geredigeerde' te noemen.
Ik heb nog niets teruggehoord. Ik weet niet of hij meedoet.
Afgelopen vrijdagavond las ik voor in Venlo, bij Boekhandel Koops. Het was een mooie avond, we kregen een warm onthaal. We werden in de watten gelegd. We kregen bier en er waren nootjes in een wit bakje. We mochten zoveel van de nootjes eten als we wilden. De mensen-die-kaartjes-kochten luisterden beleefd naar de voorgelezen verhalen en wachtten ondertussen tot de blaaskapel begon met spelen. Wat halverwege de avond gebeurde. De maskers van de literatuurliefhebbers hadden de hele avond op hun voorhoofden gezeten. Toen de blaaskapel begon te spelen, werden de maskers voor de ogen getrokken en gingen de hendjes de lucht in. Kunst heeft een duidelijke hiërarchie.
Op het voorleesfeest hoorde ik dat een Nederlandstalige schrijver gemiddeld vijfduizend euro per jaar verdiend. Wat me een ongelooflijk positieve voorstelling van de zaken lijkt.
Ik maakte die avond veel nieuwe vrienden en hoorde alle nieuwe roddels. Zaken die niet in geld uit te drukken zijn.
Toen de avond ten einde liep, sloeg een beroemde schrijver een ei op mijn hoofd kapot. Terwijl het eigeel langs mijn wangen naar beneden liep, viel ik in slaap.

maandag 14 mei 2012

Doppen

Ik zit bij de kapper. Mijn haar wordt geknipt. Morgen komt er een fotografe een foto van me maken. Ik wil er, binnen mijn mogelijkheden, zo goed mogelijk uitzien. Ik vraag om een fris en energiek kapsel. De kapper begint te knippen. Hij begint te praten over zijn zwager. De kapper vertelt dat zijn zwager ook een Turk is, dat zijn zwager de beste en goedkoopste autobanden van de stad verkoopt. Beter dan de autobanden van Kwik-Fit. Ik zeg dat ik geen auto heb. De kapper stopt met knippen. Hij zegt dat hij pas verdergaat met knippen als ik beloof autobanden bij zijn zwager te kopen. Ik zeg dat ik geen auto heb. De kapper doet een stap naar achter. Hij doet zijn armen over elkaar. Hij zegt dat ik dan toch autobanden voor één van mijn vrienden kan kopen. Het is een kleine moeite, zegt hij. Ik zeg dat ik erover na zal denken. De kapper steekt zijn schaar in mijn oog. Ik kijk in de spiegel. Staat me niet verkeerd, een schaar in mijn oog. Ik ren de kapperszaak uit. Ik heb de kapperscape nog om. Mijn jas ben ik vergeten. Verderop in de straat zijn nieuwe mensen komen wonen. Ze zijn hun nieuwe huis aan het verbouwen. Vanaf de eerste verdieping gooien ze bouwafval in een container. De container staat op de stoep. Ik loop langs de container. De mensen gooien bouwafval naar beneden. Het landt op mijn hoofd en mijn kapperscape. Een man steekt zijn hoofd uit het raam en zegt dat ik uit mijn doppen moet kijken.

dinsdag 8 mei 2012

Gedicht over twitter

soms denk ik
per ongeluk
terug aan de tijd
dat er nog geen twitter was
en dat je dan
over straat liep
en bijvoorbeeld
een hond zag
met drie poten
en dat je dat
tegen iemand wilde zeggen
maar dat je alleen was
en dat je moest wachten
tot je thuis was
voordat je kon zeggen
dat je een hond
met drie poten zag
en dat je dan hoopte
dat je vrouw
je niet verlaten had